Voorzitter, onze dagelijkse bezigheden kunnen onverwachts verstoord worden door pijn. Als mensen geven wij meestal uitdrukking aan onze pijn. Een uitroep die aangeeft dat de huidige toestand smartelijk voor ons is. Die logica van een pijnuiting lag ook ten grondslag aan de brief waaraan ik zojuist aan refereerde. Het hijsen van de regenboogvlag in Alblasserdam doet niet alleen volwassenen, maar ook veel jongeren pijn. Niet pijn aan een been of een hand, maar aan het hart. Het is hartzeer. Weliswaar is het hijsen door de aangenomen motie een politiek feit geworden, toch willen we opnieuw o.a. op dit punt onze pijn laten klinken. Het staat immers als een punt in het beleidsplan.
De betekenis van het regenboogsymbool en het gebruik van dit symbool op een gehesen vlag liggen simpelweg mijlenver uit elkaar. De regenboog als een teken van Gods trouw dat Hij de aarde niet meer zal doen laten vergaan door water enerzijds. Anderzijds de regenboogvlag als teken om een agenda van genderdiversiteit uit te dragen. Hoe kan zo’n Bijbels symbool gebruikt worden voor een compleet andere agenda tegen het klassieke Bijbelse huwelijk van man en vrouw? Dat is zo’n principieel onverenigbaar onderscheid. Daarnaast, met het verondersteld ondersteunen van de ene groep, wordt een andere groep weer nodeloos gekwetst. Onze vraag aan de initiatiefnemers: is het niet veel beter deze bovengenoemde pijn te vermijden?
Diezelfde gedachte heeft de SGPJ bij het inbrengen van diversiteit in foto’s voor communicatiedoeleinden. Komt daar bij niet hetzelfde principe als van de vlag om de hoek kijken? Het wordt daarnaast een op zichzelf staande promotie. In die context lijkt zo’n ‘foto-quotum’ meer op ‘opdringen aan’ dan ‘aandacht vragen voor’. Slaat de vraag om acceptatie via zo’n actie niet om naar promotie? Onze vraag: moet de overheid, in dit geval de burgerlijke gemeente, daar niet een beduidende pas op de plaats maken?
Ik hoor u denken: wat willen jullie dan wel? We denken dan aan het juist inzetten van jongerenwerkers en sportwerkers voor een veilig straatklimaat. In dit punt voelt de SGPJ wel mee. Hier zijn maatregelen waar op afgewogen wijze iets mee bereikt wordt. Dan werk je in de praktijk aan het creëren van meer veiligheid. Dan blijft het niet bij woorden en symbolen of signaaltjes, maar zien we opgestroopte mouwen met concrete daden. Als SGP-jongeren staan we achter een evenwichtige aanpak voor een gezamenlijke veiligheid. Dat is een brede opzet, waar niet voortdurend aandacht wordt besteedt aan 1 speciale groep, maar íedere groep bereikt wordt.
Voorzitter, als SGPJ zijn we content dat er een GGD Jeugdmonitor bestaat. Het is zo belangrijk om de toestand onder Alblasserdamse jongeren te peilen en in kaart te brengen. Mooi als de gemeente Alblasserdam deze monitor ook meeneemt in haar beraadslagingen. Dit is immers de stem van de jongeren. Wat kunnen wij daar als jongeren op tegen hebben? Wel gaat het dan een flinke stap te ver om als gemeente Alblasserdam bij de GGD aan te kloppen over genderdiversiteitsvragen. Het is dan alsof de gemeente Alblasserdam daarmee als braafste jongetje van de klas GGD Zuid-Holland-Zuid de GGD eens even aangeeft hoe zij dingen moeten vormgeven. Daarom vragen we: moet de gemeente daarin zijn plaats niet kennen?
Tot slot, als SGP-jongeren houden we van Alblasserdam. We willen ons inzetten voor een veilig dorp, waarbij je rustig over straat kan. Daarom hielden wij vorig jaar een debatavond over het thema veiligheid. We zijn dankbaar dat ‘rel en onrust’ ons dorp niet overheerst. Intimidatie en bedreigingen horen daarom hier niet in dit dorp thuis. Echter, eervol samenwonen in een christelijk dorp wordt onzes inziens niet bereikt door pijnlijke tegenstellingen en verwarrende signalen. Wij als SGPJ willen ons daarom ook in de toekomst inzetten om daar voortdurend over in dialoog te zijn. Daarom geven we dit signaal af. Om jongeren een stem te geven in Alblasserdam, niet alleen op het gebied van het LHBTI-beleid in Alblasserdam. En voorzitter, oud én jong, samen zijn wij toch een dijk van een dorp?
Deze inbreng is uitgesproken tijdens de vergadering van de Alblasserdamse raadscommissie Bestuur en Samenleving op 9 februari 2021. De inspraak vond plaats tijdens het behandelen van het LHBTI-beleidsplan op agendapunt 4.
Zie hieronder voor enkele foto’s: